Wie reist kan verhalen (1): Voorbij de laatste stad

Het ‘waarom’ is zelden interessant , maar deze vakantie dacht ik regelmatig aan de versregels van dichter Gerrit Achterberg:
Aan het roer dien avond stond het hart
en scheepte maan en bossen in
en zeilend over spiegeling
van al wat het geleden had
voer het met wind en schemering
om boeg en tuig voorbij de laatste stad
Deze vakantie heb ik geen stad gezien. We zeilden wel met een bloedgang door Parijs op weg naar het zuiden en leefden ons daarna van gehucht tot gehucht uit in de haarspeldbochten van de Pyreneeën. De steden werden gemeden. Bossen, waar de zon niet doorheen brak, zag ik soms meer dan mij lief was tijdens wandelingen over smalle voetpaden. En de maan bleek een trouwe gids op de natuurcamping in Spanje waar ik ’s nachts in het stikdonker de tent uit moest voor een sanitaire escapade.
Contrast Een groter contrast met het jachtige leven in de stad is welhaast niet denkbaar op zo’n vakantie, waarin alles wordt teruggebracht tot z’n essentie. Het zwoegen tegen een berg op, vraagt stap voor stap aandacht. Ruimte voor denken is er niet. Dat ziet echter wel zijn kans als de vermoeidheidsgrens wordt overschreden en er gegarandeerd gedachten komen die vertellen:”Vind je dit nu vakantie, eikel? Moet je jezelf zien zwoegen, je gaat hier half dood”. Het is dan zaak om het denken net zo te benaderen als de steekvliegen die op bezwete armen en benen landen hun ding willen doen:”Rot op, ga je moeder pesten!”.
Wie denk dat ik vreselijke geleden heb tijdens deze vakantie , heeft het echter mis. Die kent niet het genot van het je laven aan een koele bron met helder water dat uit de rotsen stroomt, of het binnenlopen van een dorp waar je op het caféterras om een ‘demi pression’ (tapbiertje) vraagt en daarna een uitgebreide salade krijgt voorgeschoteld.
Tussenstop Maar eerst maakten we een tussenstop in de Dordogne, om af te kicken van de hectiek van de stad. Meer dan 25 jaar geleden zette ik daar met twee vrienden een ‘stiltecentrum’ op , waar later, na een grondige verbouwing van het middeleeuwse landhuis, cursussen in het Oosterse non-dualisme werden gegeven. Inmiddels zijn die werkweken verplaatst naar een kasteeltje in de omgeving, zodat la Rousselie een echte stilteplek geworden is en speelterrein van Jan, de vriend die er is blijven wonen.
Het weer was slecht , het toerisme in de streek na een paar slechte zomers teruggebracht tot een fractie van wat het ooit was en het groen in het dal explodeerde bijkans van uitbundigheid door overmatige regenval. Gelukkig konden we gebruik maken van het verbouwde bakkershuisje op het terrein als comfortabel onderkomen en volgden een dag de zomercursus die werd gegeven. Deze stond in het teken van:” Bevrijding betekent het verleden loslaten en zonder veroordeling naar het heden kijken. Het is mogelijk vrede te zien in plaats van pijn, want ik beoordeel alles zoals ik wil dat het is. Dus niets kan mij pijn doen behalve mijn eigen gedachten”.
En dat bleek een goede intro voor de heftige Pyreneeën tochten die later die week zouden volgen. Meer daarover in een volgende aflevering.