Een coffeeshop in de buurt?: Not in my backyard!

Terwijl landen die ooit het gebruik van softdrugs streng vervolgden de move hebben gemaakt om de verbouw, verkoop en het gebruik van hash en wiet te legaliseren, zit ons land nog in een halfslachtige gedoogconstructie. Een neveneffect daarvan is dat de pleuris uitbreekt in een ‘keurige buurt’ als de gemeente daar de vestiging van een coffeeshop wil toestaan.
‘Into the dope’
Wat binnen de coffeeshops wordt verkocht valt buiten het strafrecht en geldt als normale economische bedrijvigheid, de aanvoer van softdrugs tot aan de achterdeur is strafbaar.
Nu ben ik geen voorstander van het gebruik van softdrugs, omdat het met regelmaat gebruiken van deze middelen aantoonbaar geestelijke gezondheidsrisico’s met zich meebrengt. We moeten ons anno 2017 echter meer zorgen maken over de nieuwe drugsvarianten die in toenemende mate de markt veroveren zoals extacy, cocaïne en GHB. Wie een kaartje heeft bemachtigd voor het ‘Into the woods’ festival, dat in de nazomer in Amersfoort wordt gehouden, zou een explorerend onderzoekje moeten doen, wat daar aan nieuwe drugs wordt geconsumeerd. Wellicht zou het beter zijn het festival om te dopen in ‘Into the dope’. Om maar te zwijgen over de alcoholcultuur waarin tieners en jong volwassenen zich ieder weekend fanatiek storten, omdat je dronken nu eenmaal makkelijk een ‘date scoort’ dan nuchter.
Criminele richting
Het inconsequente softdrugsbeleid drukt de coffeeshops in ons land noodgedwongen in een criminele richting, omdat het telen en dealen van wiet een lucratieve aangelegenheid is, waar de georganiseerde misdaad miljarden mee verdient. Het is niet alleen de top van de harde misdaad en een daaraan verbonden nevensector in de bovenwereld van bankiers, advocaten en accountants die daarvan profiteren.
Zo leven in een stad als Tilburg hele buurtgemeenschappen van goed betaalde bijbaantjes, als ze worden ingezet bij het toppen van wietplanten. Voor vijf euro per uur, ga je niet staan te klootzakken als vakkenvuller als je het drievoudige kunt verdienen in een plantage.
Snouckaertlaan
“ Verzet tegen de komst van een coffeeshop aan de Snouckaertlaan groeit”, kopt het AD/AC vandaag. Een ondernemer heeft het in zijn hoofd gehaald om in een monumentaal pand in die eerbiedwaardige straat een coffeeshop te beginnen.
En dus zal de buurt alles uit de kast halen om dat te verhinderen. Zo leidt de ‘250 meter afstand’ regel, die bepaald dat coffeeshops niet in de buurt van onderwijsinstellingen mogen liggen, tot heel wat meetwerk. Trek een rechte lijn tussen een dure particuliere school en de gewraakte coffeeshop en de 250 meter norm wordt bij lange niet gehaald. Maar welke scholier ploegt zich een weg door tuinen en klimt over schuttingen op weg naar wat instant verdoving? Wellicht kan zo’n exercitie worden opgenomen binnen het vak Lichamelijke opvoeding, in het kader van het populaire ‘freerunning’ waarbij alleen de ultieme bikkels zich als beloning verzekerd weten van een grammetje ‘White widow’. Ook de gemeente heeft haar rekenwerk gedaan en komt via de openbare weg uit op 265 meter.
Drugspand
“Oeps”, zal burgemeester Bolsius wel gedacht hebben, die werd geconfronteerd met een groep woedende buurtbewoners, “die slag is binnen”.
Ook amusant is het verweer van de bioscoopeigenaar, die zich afvraagt of ouders straks hun kinderen nog alleen naar zijn bioscoop zullen laten gaan, dat naast het toekomstige ‘drugspand’ ligt. Een bioscoop die meer geluidsoverlast van scooterrijdende en overlast gevende jongeren zal genereren dat de onopvallende komst en vertrek van wat bezoekers van een coffeeshop.
Goed draaiende coffeeshop
Wellicht is het dan beter eens op onderzoek uit te gaan op de Puntenburgerlaan in het Soesterkwartier, waar een goed draaiende coffeeshop gevestigd is, met een portier voor de deur die ook streng toeziet op het ordelijk gebruik van de openbare ruimte voor de deur.
Daar waar echter het Nimby (Not in my backyard)-gevoel overheerst wordt de argumentatie er niet beter op. Mede omdat gevoelens van angst, bijvoorbeeld voor economisch waardeverlies van de panden in de straat, volop meespelen, maar veelal onbenoemd blijven.
Rest mij de omwonenden van de toekomstige coffeeshop een warm welkom te heten in 2017 en hen gerust te stellen, omdat – zolang er niet met kalashnikov’s op de nieuwe shop wordt geschoten- de Snouckaertlaan integraal onderdeel mag uitmaken van een samenleving waar lief en leed gezamenlijk gedragen dient te worden.