Vakantieleed: Een 8 op de Schaal van tristesse

Vakantieleed: Een 8 op de Schaal van tristesse

Ooit werkte ik met twee vrienden een winterlang aan een scriptie in een boerendorp In Drenthe.  Bevrijd van alle verleidingen van de grote stad werkten we als seculiere monniken gestaag aan een sociologisch onderzoek dat zo brisant was, dat we het uit de publiciteit moesten houden. De schade van een  publicatie  in een krant als bijvoorbeeld de Telegraaf zou haaks hebben gestaan op de bijdrage die wij wilde leveren aan het kwetsbare leefklimaat van twee buurten die als dumpplaats van ‘asociale gezinnen’ bekend stonden.

 Collectief trauma

Het leefklimaat in het Drentse dorp voelde aanvankelijk als de volmaakte tegenhanger van onze grillige onderzoekswereld.  Ga maar na: 400 bewoners , 14 verenigingen, een ongekende saamhorigheid en de collectieve trots op het wonen in de gemeenschap.

Als exoten uit de stad waren we graag geziene gasten in menig huiskamer. En hoorden we de verhalen die een te geïdealiseerd beeld van een modelgemeenschap nuanceerden, die de schaduwkant  van de samenhang en sociale controle in alle bitterheid aan het licht brachten.

Als beginnende onderzoekers transformeerden we  stap voor stap tot biechtvaders die hoorden, zagen en zwegen, toen het collectieve trauma van het dorp aan ons werd geopenbaard.

In het jubileumboek dat dorpsbewoners  decennia later over hun dorp uitbrachten valt nog steeds met geen woord te lezen over de schaduwkant van ‘het land  achter de rietkraag’, zoals we de plek in onze gedichten aanvankelijk tot bijna mythische hoogte hadden opgewaardeerd.

Schaal van tristesse

Bovenstaande vormde de essentiële aanloop om te komen tot de Schaal van tristesse,  zoals mijn zoon en ik deze onlangs  in Frankrijk speels ontwikkelden na het luisteren naar de verhalen van de  ‘locals’ uit de Morvan en het  bloot leggen van de sporen van een nog feodale samenleving .

De Schaal van tristesse, ontstaan als een gimmick,  rekent af met de romantisch gekleurde zomerbril van het ‘leven als God in Frankrijk’ waar menig toerist naarstig naar op zoek is. Want wat pittoresk is voor de vakantieganger scoort niet zelden hoog op onze schaal van triestheid.  Hoeveel buitenlanders worden zomers niet compleet verliefd op het ‘huis in de campagne’ waar ze in de lommer van een oude eik wijn slobberden van de boer aan de overkant, om vervolgens tot een overhaaste aankoop over te gaan en met de komst van herfst en winter te ontdekken in een mistroostige en in zichzelf gekeerde gemeenschap beland te zijn.

Irritante hofhond

Nog afgezien van alle technische gebreken aan de woning, het doorbuigende dak, de vochtigheid, de dikke, niet geïsoleerde  muren, de eeuwige honger van de houtkachel en de innemende aannemer die weliswaar steeds belooft te komen maar nooit verschijnt. Die zich zomers in het gehucht omgeven weten door gezellige buren uit Engeland, Duitsland en Nederland, maar ’s winters alleen de irritante hofhond horen van de oude, vereenzaamde boer die rijp is voor het verpleegtehuis maar zich liever in zijn vervallen boerderij dood drinkt. Met een dikke 8 als score op de Schaal van tristesse.

Frans (on)recht

Die moet ontdekken dat het Franse recht niets op heeft met  de rechten van de vrouw, die als ze weduwe wordt  moet ontdekken dat het huis niet door haar maar door de kinderen wordt geërfd en zij afhankelijk wordt van ‘een goede relatie met de kinderen’ om daar überhaupt te mogen blijven wonen.  Een 7 op de schaal van tristesse.

Die gedwongen inkopen doet bij de megasupermarkt op 20 kilometer afstand van het dorp, omdat alle buurtwinkels gesloten zijn. Om bij de kassa de boer te zien, die omslachtig een papieren cheque uitschrijft  omdat het plastic geld nog niet  is doorgedrongen tot de uithoeken van ‘de campagne’. Een 4 op de Schaal van tristesse.

Die de tip krijgt vooral niet ‘avonds te gaan eten in het pittoreske restaurant  buiten het dorp, maar er wel te gaan lunchen, ‘omdat de kok  dan nog nuchter is’. Een 3 op de Schaal van tristesse.

Karikatuur

En zo genieten we van een heerlijke vakantie in een overweldigende natuur, delen terloops gepaste cijfers uit en temperen daarmee het idealiseren van ‘het goddelijke leven op het platteland’ dat soms bijna tot een karikatuur  verheven wordt.  Echter niet zonder te bekennen dat ik daar in het verleden wel een verblijf van enkele jaren in de Dordogne voor nodig had.

 

 

Reacties

Reacties