Tuinrenovatie: het grote loslaten

Een paar jaar geleden maakte ik met een vriendin een kunst DVD met als titel ‘Vensters als spiegel’. In vier wijken filmden we de voorkant van woningen, de tuinen en interviewden bewoners vanuit de filosofie dat het venster aan de straatzijde datgene weerspiegelt dat je graag van jezelf aan de buitenwacht wilt tonen. De tuin stond daarentegen voor de binnenwereld van de bewoners. Wonderlijk genoeg betrok ik die filosofie niet op mijn eigen mistroostige achtertuintje. Over verdringing gesproken.
Doodsmak
Nu bood de postzegel achter mijn huis ook niet zoveel mogelijkheden. Ingeklemd tussen etagewoningen heeft de zon de grootste moeite er te komen. Wat je aan planten in de grond stopt lijdt een kwakkelend bestaan terwijl onkruid en mos er enthousiast woekeren. In het verlengde van mijn atelier fungeerde de tuin als rommelige opslagplaats voor zinken platen, oud hout en afgekeurde artistieke probeersels. Alleen de kersenboom, die te dicht op het huis stond, liet zich niet beteugelen en groeide gestaag tot boven het dak uit. Ondertussen alle tuintegels omhoog drukkend, zodat ik alert moest zijn geen doodsmak te maken. Tot de woningcorporatie ingreep en de boom liet verwijderen.
Er kwam zomers ineens veel meer licht mijn woning binnen en met meer zicht op mijn tuin werd ook het onbehagen over de chaos groter.
Wonder
Nu ik niet meer betaald werk, maar op zoek ben naar nieuwe bezigheden kon het project ’Dicht bij huis’ niet uitblijven. Was mijn blik altijd vooruit gericht op de straat,de wijk en de stad, nu begon de afkick van alle maatschappelijke betrokkenheid als actieve burger en ambitieuze professional. Werd duidelijk dat mijn huiskamer om een frisse verflaag vroeg , mijn Volkswagen camper toe was aan een renovatie en dat de tuin het sluitstuk zou worden van de grote ommekeer in de wijze waarop ik mijn energie inzet.
Hoezeer ik ook heb genoten van mijn betaalde werk, het is niets vergeleken bij het wonder van de transformatie dat zich onder mijn handen voltrekt. Handen die ruw zijn geworden van het zagen, die houtsplinters met zich mee dragen en kleine schaafwondjes omdat de zaag weer eens uitschoot. Ook de buren konden bij tijd en wijle mijn getier horen als ik met een hamer op mijn vingers sloeg of niet meer wist waar ik gereedschap had laten slingeren.
Op zo’n moment kwam dan op straat een aardige dame langs die glimlachend zei:”Ik kan wel zien dat u heel handig bent”. De seconden van vrolijke verstandhouding die daarop volgde waren onbetaalbaar.
Binnenwereld
In de filosofie van “Vensters als spiegel’ heeft de tuin mij alle hoeken van mijn binnenwereld laten zien. Een tuin die geheel gemonopoliseerd werd door de woekerende dikke wortels van de kersenboom, het zand dat alle buurtkatten uitnodigde om de tuin als één grote kattenbak te zien. Het gesjouw met zand- en grindzakken, de aanvoer van sloophout voor het timmeren van vlonders en stoelen en de wens om zoveel mogelijk bestaand materialen te hergebruiken. Inmiddels is het werk ge-daan en heeft het Bewustzijn een plek getoverd door twee linkse handen liefdevol samen te laten werken, zoals eerder in mijn atelier kunst ontstond. Te beginnen met een idee, tot handen het denken overnemen en samen gaan spelen. Er achteraf een verbaasde reactie: ”Heb ik dat gemaakt?”
Het grote ‘loslaten’
Nu ik zo thuisgekomen ben in de tuin van mijn binnenwereld en door het achterraam naar de metamorfose sta te kijken is het dubbeltje gevallen. Is er dankbaarheid dat het kind in mij mag spelen, gedragen door “Dat waar geen naam voor is’. Ben ik verlost van de drukkende gedachte nog regie te moeten voeren en begin ik klus na klus te zien dat het grote ‘loslaten’ binnen is getreden.