Reizend vanuit de stoel: Frankrijk (1)

Reizend vanuit de stoel: Frankrijk (1)

( foto: la Rousselie, Dordogne, 1989)

Nu ik in Spanje, ver van de kust, heb gereisd in toeristisch stillere streken klopt mijn hart voor dit land sneller dan voor Frankrijk, dat ik zoveel beter ken. Het is een beginnende liefde die wordt geremd door het nauwelijks spreken van de taal, de uitgestrektheid van het land, de gebrekkige kennis van een bewogen geschiedenis en de lange reis per auto. Maar wonderlijk genoeg voel ik mij in Catatonie, Aragón of  Andalusië  sterker verbonden met de aarde, de stoffige dorpen, de vriendelijke mensen en de plattelandscafés waar de  televisie de hele dag staat te tetteren onder een hard neonlicht.

Gehucht tegen de heuvel   

Nu ga ik niet beweren Frankrijk goed te kennen. Daarvoor heb ik te weinig streken verkend, ben door te veel departementen slechts doorgereden op weg naar het zuiden. Aanvankelijk van dorp tot dorp via provinciale wegen, later met de komst van de tolwegen met een gemiddelde van 100 kilometer per uur.  Het wonen in een tegen de heuvel geplakt gehucht in de Dordogne heeft de heimwee naar het leven op ‘het platteland van de mens’ in me gegroefd. Een wonderlijk gegeven voor iemand die bijna z’n hele leven in steden heeft geleefd.

Romantisch 

Daarin sta ik niet alleen. In Frankrijk zullen miljoenen in de grote steden zich bewust zijn van hun wortels die in de campagne liggen. Gedreven door economische noodzaak verlaat een groot deel van de jeugd nog steeds het platteland om in de stad een beter bestaan op te bouwen. Zomers komen ze terug. Als het hen financieel  goed gaat restaureren ze de ouderlijke dorpswoning  om daar vakanties in door te brengen.  Het dorp komt in de zomer twee maanden tot bloei , daarna volgt weer een sterfhuisconstructie voor de oudjes.                                                                                                                Een romantisch beeld van het Franse platteland laat je achter je als je er een tijd heb gewoond. Hoe actueel de tegenstelling tussen het rurale en het stedelijke is, laten de gele hesjes zien.

Onderontwikkeld platteland 

Rond 2012 werd het rapport  ‘Het onderontwikkelde platteland’ gepubliceerd. Zo’n dertig departementen worden opgezadeld met dat predicaat. De kaart van Frankrijk als het gaat om  ‘onderontwikkeldheid’  kleurt opvallend rood in het midden-zuiden en oost-zuiden op basis van indicatoren als: geringe bevolkingsdichtheid, slecht internet en het ontbreken van snelwegen, grote steden, overheidsdiensten en winkelcentra. Hier ligt een tegenstelling van een andere aard.  De controverse tussen bestuurders/politici  die het platteland willen moderniseren en de romantische rustzoeker die verlangt naar het ongerepte, de verwildering van de weilanden, de niet-gecultiveerde natuur en de weinige bewoners per vierkante kilometer.

Ultramodern

De ontvolking van rurale gebieden en de daaraan gekoppelde groei van de stedelijke agglomeraties vormt  een mondiaal gegeven. Het is een tendens die nauwelijks valt  te keren nu kleinschalige landbouw het niet kan winnen van schaalvergroting, het afbouwen van landbouwsubsidies  en de  technologisering van de voedingsindustrie, terwijl ook ambachtelijke bedrijfsvoering in andere productiesectoren het aflegt tegen massaproductie. Zet de graanschuur van Noord Frankrijk met een ultramoderne bedrijfsvoering  op honderden hectaren land af  tegen de minuscule, door bomen omzoomde productieveldjes in de Dordogne  en je weet welke boeren het niet gaat lukken om een opvolger voor hun bedrijf te vinden.

Het gevolg is dat er meer winkels en huizen in de dorpen leeg komen te staan, waar het dramatische omslagpunt wordt gevormd door de vraag of de plaatselijke kruidenier annex Tabac, café en dorpszaal voorlopig open zullen blijven.

Maagdelijke bossen

Wat ik heb gezien, gevoeld, geroken en genoten in maagdelijke bossen, op overwoekerde velden, rond verlaten boerenwoningen en verstilde dorpen vertelt echter een heel ander verhaal. Het is de luxe van de stadsbewoner die de dictatuur van de digitale overprikkeling  achter zich laat, zich bewust wordt van de eindeloze schakering aan geuren en kleuren en de stilte slechts een moment  hoort  verstoren door het geblaf van een hond of het luiden van een dorpsklok kilometers verder.

Vergeten boerin

In mijn stoel ga ik opnieuw op reis. Dit keer met boeken die ik lees over het Franse platteland.

Te beginnen met een vergeten boerin, Wil den Hollander, die vlak na het eind van WO II  met haar man naar Frankrijk emigreerde en de nietsontziende hardheid van het Franse boerenbestaan beschreef. Om te eindigen met moderne auteurs en filosofen zoals John Berger,  Sylvain Tesson, Philippe Claudel  en Michel Houellebecq, die laten zien wat er in 70 jaar veranderen kan en welke perspectief er gloort aan de horizon.

Maar zal beginnen  met mijn ervaringen uit de tijd dat ik in de Dordogne woonde en de bezoeken die ik bracht aan de Picardie, Morvan, de Charente, de Pyreneeën en de  Auvergne.

 

 

Reacties

Reacties