Kunstkerk in een dorp in de Aisne

(foto: detail van de fresco Het laatste avondmaal van Charles Eyck in de kunstkerk van Jeantes)
Kunstkerk in een dorp in de Aisne
We kwamen er bijna met toeval terecht. In een gehucht met de ietwat pretentieuze naam Mont Plaisir, waar noch een heuvel noch enige vrolijkheid rond de vervallen boerderijen te bekennen waren, hadden we een vakantiehuis gehuurd. Voor onze kinderen die geen hele dag in een snikhete auto wilden zitten, voelde een plek pal over de Belgische grens als ‘vakantie in het buitenland’.
Vergeten kinderwagen
Het gebied was als agrarisch achtergebleven gebied anno 2004 ook toeristisch nog weinig ontwikkeld. De dorpen maakten een trieste indruk. Zo herinner ik mij een vervallen boerderij in een dorp met een ingestorte voorgevel die zicht bood op een vergeten kinderwagen op de eerste verdieping. De streek was echter populair bij Nederlanders, die op een paar uur rijden van Maastricht, goedkope huizen hadden aangeschaft om er al klussend hun weekend door te brengen.
Reisgidsen prezen de ‘versterkte kerken’ aan die in de dorpen dienden als schuilplaats voor de lokale bevolking tijdens de vele oorlogen die het strategisch gelegen gebied door de eeuwen heen geteisterd hebben.
Moderne fresco’s
Zo kwamen we terecht in Jeantes[1], een dorp van niets van een paar huizen maar met een vestingkerk vol indrukwekkende moderne fresco’s, muurschilderingen en gebrandschilderde ramen. We waren met stomheid geslagen door de uitbundigheid van de kleuren en de expressie van de Bijbelse taferelen die oplichtten toen we de twee euro in het belichtingsapparaat hadden gedeponeerd. Zo moeten de eerste archeologen zich hebben gevoeld in duistere Franse grotten, die met het aansteken van hun carbidlampen neolithische muurschilderingen op de rotsen ontwaarden.
Het verhaal van de kleurrijke kerk van Jeantes is nauw verbonden met twee Nederlanders, een vergeten schilder en een mysterieuze pastoor, die het dorp op de kaart hebben gezet. Iets dat door de plaatselijke bevolking en het bestuur nooit op waarde is geschat.
Piet de dorpspastoor
Pastoor Suasso de Lima de Prado, beter bekend als Piet Suasso was als dorpspastoor van 1961 tot aan zijn dood in 1991 aan Jeantes verbonden. Het was een kleurrijke maar ook een mysterieuze man, die als missionaris in Afrika meer geïnteresseerd was in industrialisering dan in zieltjes winnen, als verzetsheld na WO II hoog werd onderscheiden, omging met de cultuurelite binnen de Rooms katholieke gemeenschap, maar als dorpspastoor naar een vergeten gebied werd verbannen. Een pastoor die maling had aan alle door Rome opgelegde regels. Waar gescheiden mensen niet kerkelijk konden hertrouwen, konden ze wel bij Piet terecht. Ook de zelfmoordenaar kon tegen de regels in op ‘gewijde grond’ op het plaatselijk kerkhof worden begraven.
Charles Eyck
Op basis van zijn rijke kontakten binnen de RK gemeenschap wist pater Piet al een jaar naar zijn aankomst in Jeantes kunstschilder Charles Eyck [2] over te halen om het interieur van de vervallen dorpskerk te komen verfraaien. In zekere zin was Eyck net als Piet Suasso een banneling. Zijn roem was tanende en hij leefde op gespannen voet met kunstcollega’s die driftig zochten naar vernieuwing en Eyck verweten in gedateerd kerkelijk expressionisme te blijven hangen.
Nadat Piet Suasso eerst het oude meubilair uit de kerk had gesloopt werkte Charles Eyck onafgebroken onbetaald vier maanden aan wat heden ten dage als een monument van zijn creatieve expressie kan worden gezien.
Dranghekken
Tenminste als de belichtingsapparatuur werkt. Toen ik deze zomer de kerk bezocht om in alle rust van de kunst te genieten, werd mijn geld wel geaccepteerd maar weigerde het apparaat de kerk te verlichten.
Kenmerkend voor een dorp met een burgemeester die de dranghekken rond het altaar en de muren nooit heeft weggehaald, omdat er instortingsgevaar zou dreigen. Dit terwijl een grote groep Nederlandse vrijwilligers van 1993 tot 2011 de kerk geheel heeft gerestaureerd, mede om te voorkomen dat het werk van Eyck zou worden aangetast door vocht en verval [3].
Het is een metafoor voor een gemeenschap die nooit raad heeft geweten met de eigenzinnige dorpspastoor die onder een roestige plaat Cortenstaal begraven ligt achter zijn kerk. Op zijn grafplaat staat zijn naam en geboorte en overlijdensjaar jaar vermeldt met daaraan toegevoegd slechts éën woord: Mensch.
Voor wie meer wil lezen over Piet Suasso, zijn kunstkerk en de Aisne en haar bewoners verwijs ik graag naar het boek van journalist en schrijver Martin Sommer: Dorp in Picardië, Meulenhof, Amsteram,2004. Het is met enige moeite antiquarisch te verkrijgen maar is van een dermate hoog niveau dat een herdruk gerechtvaardigd zou zijn.
[1] https://nl.wikipedia.org/wiki/Jeantes
[2] https://nl.wikipedia.org/wiki/Charles_Eyck
[3] http://members.home.nl/michelpinxt/vervolg.html
Dit artikel was eerder te lezen in het Frans Nederlandse tijdschrift Drop