Klussen in Frankrijk

Op bezoek bij landgenoten die al dan niet permanent in Frankrijk wonen duurt het nooit lang of de verhalen over bouwen en verbouwen van hun maison de campagne komen los.
Boerderijen, dorpswoningen, ruïnes, graan- vee- of tabaksschuren, landhuizen, seinwachtershuisjes, kloosters en kastelen zijn van hun ondergang gered door noeste arbeid.
Het zijn veelal kleurrijke avontuurlijke verhalen die getuigen van de pioniersgeest die Nederlanders in den vreemde kenmerkt. Dan wordt het een hele opgave om in een comfortabel woonhuis de vervallen boerenschuur te herkennen waarmee het avontuur ooit begon. Albums laten foto voor foto de metamorfose zien. Een proces dat soms jaren in beslag neemt.
Echte diehards op bouw en renovatiegebied beperken zich niet tot één locatie.
Neem Joop en Dorien die hun Franse avontuur begonnen eind jaren ’80 van de vorige eeuw in de Lozère, in de volksmond ook wel de Misère genoemd door het economisch achtergebleven karakter van de streek. Een oude schuur werd in eigen beheer getransformeerd tot woonhuis. Als retail ondernemers die regelmatig voor zaken in Frankrijk waren, maakten ze zich stap voor stap vertrouwd met bouwtechnieken. Kinderen en vrienden kwamen gezellig in vakanties helpen. Toen ze hun huis gunstig konden verkopen verkasten ze naar de Auvergne, waar ze in een gehucht een grote schuur volledig verbouwden. Daar zijn ze iedere zomer te vinden. Toen de bouwkoorts weer begon te kriebelen ontdekten ze in een hameau in de omgeving op een heuveltop met een fantastisch uitzicht een vervallen huis dat door de lokale jeugd als illegale hangplek werd gebruikt. Met de eerder opgedane kennis en ervaring werd het in geheel originele staat teruggebracht. Het werd jaren als vakantiewoning verhuurd en is in het afgelopen jaar verkocht.
Mijn avontuur begon in 1989 toen ik met twee vrienden een laatmiddeleeuwse boerderij met bijgebouwen en drie hectaren land kocht in de Dordogne in een stil dal. De Engelse eigenaar had er nooit gewoond. Op afstand regelde hij de renovatie wat leidde tot bizar prutswerk van lokale bouwlieden. De muren, het dak en de ramen waren in goede staat, in het interieur ontbrak echter de keuken, het sanitair en de benodigde slaapkamers. Maar we werden direct verliefd op de plek, wat niet altijd tot de meest doordachte beslissingen leidt. Het grote probleem met de renovatie vormden de metersdikke muren die in de zomer hun warmte niet kwijt konden en in de winter een doorgeefluik vormden van kou. Daar viel niet tegen op te stoken. De vriend die zich permanent in Frankwijk vestigde en de verbouwing op zich nam, die jaren in beslag nam, verzuchte eens dat hij met de tijd en het geld van de renovatie wel drie A-1 woningen in het dal had kunnen bouwen. Die noeste arbeid stopt niet. Het huis en het land vragen om een permanent onderhoud terwijl de levensjaren van de bewoner het werk steeds zwaarder maken.
Dan ben je wellicht beter af met de bescheiden boerenwoning met bijgebouwen van een vriendin in de Charente. Het woongedeelte met een CV op gas en een open haard verkeerde in redelijke staat. Dankzij een allround Engelse klusjesman werden de zolder en een bijgebouw omgetoverd tot atelier waar zomer en winter geschilderd kan worden. De tuin van zo’n 300 vierkante meter kan gemakkelijk zelf onderhouden worden. Het water komt uit een eigen bron. Met de bescheiden woonkosten is er de financiële ruimte om stapsgewijs de keuken en de badkamer te renoveren.
Een Nederlandse vriend die als ondernemer 15 jaar geleden naar Frankrijk verhuisde en in de omgeving van Clermont-Ferrand woont, huurt voor weinig geld een gerenoveerde bediendenwoning met stallen op het terrein van een kasteel. In een naburig dorp kocht hij een herenhuis dat stap voor stap door Poolse bouwvakkers wordt gerenoveerd. Dankzij de zakelijke kennis rond kopen en bouwen en een grote netwerk is hij een goede adviseur voor woningzoekenden. Van makelaars en notarissen heeft hij geen hoge pet op. Hij hekelt de impulsaankopen die Nederlanders soms doen en pleit ervoor eerst de taal en de omgeving goed te leren kennen. Zo ziet hij dat iedere tien kilometer dat een dorp verder van een stad verwijderd is leidt tot een substantiële daling van de vraagprijs van een woning.
Voor wie niet bouwt of verbouwt is er de literatuur. Dat is soms even zoeken omdat sommige publicatie alleen via een antiquariaat te krijgen zijn. In noem er twee:
‘Huis in Frankrijk’ van Tracy Metz is een prachtig uitgegeven fotoboek met verhalen over Nederlanders en hun maison de campagne. ‘Leven in een ansichtkaart’ is het verhaal van Rosemary Bailey, auteur van reisgidsen, die een oud klooster kocht in de Pyreneeën. Naast een leerrijk inkijkje in wat er bij een renovatie allemaal komt kijken wordt de dorpscultuur van binnenuit beschreven inclusief de rol die de buitenlandse nieuwkomers daarin spelen.
- Huis in Frankrijk. Nederlanders en hun maison de campagne, Tracy Mets, NAi uitgevers, Rotterdam, 2010, ISBN 978-90-5662-731-7
- Leven in een ansichtkaart. Een thuis in de Pyreneeën, Rosemary Bailey, Uitgeverij Sirene, Amsterdam, 2003, ISBN 90 417 6036 9